top of page

Kans voor onderwijs: nu stappen te zetten in gezondheid en veiligheid van gebouwen

Nu Nederland langzaam weer open gaat, is er een kans voor de onderwijssector echt stappen te zetten als het gaat om de gezondheid en veiligheid van onderwijsgebouwen.


In een interview met het Blue Building Institute schetst Eke Schins-Derksen, Sectorleider Onderwijs en Gezondheidszorg bij advies- en ingenieursorganisatie Arcadis Nederland de situatie in de onderwijssector vóór het uitbreken van de corona crisis.


‘Het onderwijs was bezig met duurzaamheid in gebouwen en gebieden. Je zag dat veel gebouwen een probleem hadden met het binnenklimaat. Gezondheid stond hoog op de agenda en was vaak een hoofdbreker. Daar had je verschillende stakeholders bij nodig omdat het financieringssysteem bij het onderwijs zo in elkaar steekt dat - bij basisscholen en het voortgezet onderwijs - gemeenten het ene deel van het budget beheren en scholen het andere deel. Bij universiteiten zat het iets anders in elkaar: maar ook daar heb je te maken met meer stakeholders die je met elkaar moet verbinden om ervoor te zorgen dat je goede afspraken maakt.’


In het verleden heeft Eke Schins-Derksen zich kritisch uitgelaten over de kwaliteit van klimaat in scholen. ‘Ik vind dat onze kinderen goed les moeten krijgen. Het lijkt me dan logisch dat je investeert in een goed klimaat, want dat komt ten goede van de leerprestaties van kinderen. De vraag is alleen: hoe doe je dat en wie is verantwoordelijk voor de kosten daarvan.’


Schins-Derksen denkt dat dit niet alleen een kwestie is van de overheid die de portemonnee trekt: ‘De markt is nu goed aan het kijken naar oplossingen. Die hoeven niet altijd van de overheid te komen. Je kunt ook kijken naar innovaties, naar andere manieren van aanbesteden en financiering.’


Dynamiek van leerlingen en studenten is de grote opgave

De balans na maanden lockdown is dat heel veel leerlingen thuis hebben gezeten en niet op school onderwijs hebben kunnen genieten. Dat gaat nu veranderen: We krijgen nu een situatie waarin ook kansen ontstaan, zegt Schins-Derksen: ‘Het onderwijs moet goed gaan kijken naar hun gebouwen. Het basisonderwijs is weer opgestart, daar moet worden gekeken naar ventilatie. Het is zo dat de kinderen op het basisonderwijs niet zoveel rondlopen, omdat ze de hele dag in dezelfde klas zitten. Daar moet je vooral goed kijken: Wanneer gaan de klassen uit, hoe loopt de route als je naar buiten gaat, hoe komen leerlingen naar binnen. Hoe verbeter je ventilatie?’


Bij het middelbaar onderwijs wordt het al wat gecompliceerder, omdat daar sprake is van een hogere dynamiek in de gebouwen. ‘Hoe komen de leerlingen veilig op school, hoe ga je de roostering doen en zet je een goede route neer waardoor leerlingen elkaar zo min mogelijk tegenkomen en afstand kunnen houden tot de docent.’


Het meest gecompliceerd is de opgave bij universiteiten en HBO-instellingen, vanwege de zeer hoge dynamiek bij deze instellingen en de afstemming tussen docenten/faculteiten. ‘Hoe komen studenten op de campus, hoe komen ze bij de gebouwen, hoe bewegen ze zich tussen de gebouwen en dan moet je ook nog goed kijken naar de gezondheid en veiligheid in het gebouw. Hier moet je dus meer denken aan de voorkant van het proces.’


Onderwerp gezonde school blijft op de agenda

Schins-Derksen denkt dat gezondheid en veiligheid voorlopig hoog op de agenda van de onderwijssector staan. ‘De komende 5 tot 7 jaar hebben we volgens wetenschappers nog te maken met de situatie en/of nasleep van Corona: Het blijft een belangrijk onderwerp, scholieren en studenten zullen het meenemen in een keuze voor een school of universiteit’ . Nadenken over hoe de gebouwen in de toekomst worden ingezet wordt van groot belang bij de keuzes nu voor investeringen en aanpassing’.


Internationale standaarden

Het International Well Building Institute (IWBI) heeft recent de WELL Health-Safety rating for facilities operations & management gelanceerd. Het is een afgeleide certificering van de International Well Building Standard. Het protocol is laagdrempelig en betaalbaar. De certificering is opgezet door het Covid-19 team van IWBI.

Schins-Derksen denkt dat een dergelijke internationale standaard voor sommige doelgroepen binnen het onderwijs heel nuttig kan zijn. ‘Met name universiteiten werken al heel vaak met de BREEAM standaard en/of met WELL. Post-COVID kan zo’n standaard nuttig zijn bij de vraag of ze de juiste dingen doen. Zo’n internationale standaard biedt een checklist die je afloopt en waarmee je naar buiten kan treden. Voor andere doelgroepen binnen het onderwijs is het misschien minder geschikt omdat die nog niet met standaarden werken. Zo’n rating zou snel moeten komen, omdat alle partijen aan het nadenken zijn welke stappen ze moeten zetten.’

bottom of page